Zecharja, de zoon van Jerobeam, werd koning van Israël in het achtendertigste regeringsjaar van koning Azarja van Juda. Zes maanden regeerde hij in Samaria. Hij deed wat slecht is in de ogen van de HEER:

net zomin als zijn voorvaders brak hij met de zondige praktijken van Jerobeam, de zoon van Nebat, die de Israëlieten tot zonde had aangezet.

Tegen Zecharja werd een samenzwering beraamd door Sallum, de zoon van Jabes. Deze liet hem publiekelijk ter dood brengen en werd in zijn plaats koning. Verdere bijzonderheden over Zecharja zijn opgetekend in de kronieken van de koningen van Israël. De HEER had aan Jehu voorzegd dat zijn nakomelingen tot in de vierde generatie op de troon van Israël zouden zitten, en zo is het ook gebeurd.

Loading

Lees ook deze Berichten:

2 Koningen 18:13-23 Jeruzalem door Sanherib bedrei...
2 Koningen 10:12-20 Jehu roeit het koningshuis van...
2 Koningen 23:10-18 Maatregelen tegen de afgodendi...
2 Koningen 23:19-30 Maatregelen tegen de afgodendi...
2 Koningen 23:31-35 Joachaz, koning van Juda
2 Koningen 15:1-7 Azarja, koning van Juda
2 Koningen 5:1-8 De genezing van Naäman 1
2 Koningen 20:1-11 Hizkia's ziekte en genezing 1
2 Koningen 25:27-30 Gratie voor Jojachin
2 Koningen 18:1-12 Hizkia, koning van Juda
2 Koningen 14:23-29 Jerobeam, koning van Israël
2 Koningen 8:16-24 Joram, koning van Juda
2 Koningen 13:1-9 Joachaz, koning van Israël
2 Koningen 23:36-37-24:1-7 Jojakim, koning van Jud...
2 Koningen 16:1-11 Achaz, koning van Juda 1
2 Koningen 9:14-22 De dood van Joram en Achazja 1
2 Koningen 1:9-18 De dood van Achazja 2
2 Koningen 3:22-27 Joram, koning van Israël, trekt...
2 Koningen 2:11-18 Elia in de hemel opgenomen 2
2 Koningen 6:8-14 Elisa's optreden in de oorlog te...
2 Koningen 15:32-38 Jotam, koning van Juda
2 Koningen 4:1-7 Elisa helpt een arme weduwe
2 Koningen 15:23-26 Pekachja, koning van Israël
2 Koningen 19:14-28 Jeruzalem door Sanherib bedrei...
2 Koningen 10:1-11 Jehu roeit het koningshuis van ...
2 Koningen 11:12-20 Atalja, koningin van Juda 2
2 Koningen 10:32-36 Jehu roeit het koningshuis van...
2 Koningen 15:17-22 Menachem, koning van Israël
2 Koningen 17:19-29 Beschouwing over de ondergang ...
2 Koningen 21:1-9 Manasse, koning van Juda 1
2 Koningen 22:12-20 Josia, koning van Juda 2
2 Koningen 1:1-8 De dood van Achazja 1
2 Koningen 15:27-31 Pekach, koning van Israël
2 Koningen 17:30-41 Beschouwing over de ondergang ...
2 Koningen 14:12-22 Amasja, koning van Juda 2
2 Koningen 13:20-25 Joas, koning van Israël; de do...
2 Koningen 6:1-7 De drijvende bijl
2 Koningen 20:12-21 Hizkia's ziekte en genezing 2
2 Koningen 2:1-10 Elia in de hemel opgenomen 1
2 Koningen 13:10-19 Joas, koning van Israël; de do...
2 Koningen 17:7-18 Beschouwing over de ondergang v...
2 Koningen 19:29-37 Jeruzalem door Sanherib bedrei...
2 Koningen 24:8-17 Jojachin, koning van Juda
2 Koningen 21:10-18 Manasse, koning van Juda 2
2 Koningen 3:12-21 Joram, koning van Israël, trekt...
2 Koningen 23:1-9 Maatregelen tegen de afgodendien...
2 Koningen 12:12-22 Joas, koning van Juda 2
2 Koningen 3:1-11 Joram, koning van Israël, trekt ...
2 Koningen 6:24-33 Het beleg van Samaria 1
2 Koningen 19:1-13 Jeruzalem door Sanherib bedreig...
2 Koningen 18:24-29 Jeruzalem door Sanherib bedrei...
2 Koningen 25:10-17 Sedekia, koning van Juda; de v...
2 Koningen 4:8-23 Elisa en de vrouw uit Sunem 1
2 Koningen 12:1-11 Joas, koning van Juda
2 Koningen 5:20-27 De genezing van Naäman 3
2 Koningen 14:1-11 Amasja, koning van Juda 1
2 Koningen 5:9-19 De genezing van Naäman 2
2 Koningen 7:10-15 Het beleg van Samaria 3
2 Koningen 17:1-6 Hosea, koning van Israël; de val...
2 Koningen 8:25-29 Achazja, koning van Juda
2 Koningen 16:12-20 Achaz, koning van Juda 2
2 Koningen 25:18-26 Sedekia, koning van Juda; de v...
2 Koningen 4:38-41 Het bittere gerecht
2 Koningen 21:19-26 Amon, koning van Juda
2 Koningen 10:21-31 Jehu roeit het koningshuis van...
2 Koningen 7:16-20 Het beleg van Samaria 4
2 Koningen 15:13-16 Sallum, koning van Israël
2 Koningen 6:15-23 Elisa's optreden in de oorlog t...
2 Koningen 9:1-13 Jehu, koning van Israël
2 Koningen 9:30-37 De dood van Izebel
0Shares