Enige tijd later liet Absalom een wagen maken, schafte zich paarden aan en nam een escorte van vijftig man in dienst. Elke ochtend vroeg stelde hij zich op bij de stadspoort. Hij sprak iedereen aan die op weg was naar de koning om een uitspraak te vragen in een rechtsgeschil. ‘Waar komt u vandaan?’ vroeg hij dan, en wanneer het antwoord luidde:

‘Uit dat en dat stamgebied van Israël,’ dan zei Absalom:

‘Hoor eens, ook al hebt u volkomen gelijk, bij de koning zult u geen gehoor vinden.’ En hij vervolgde:

‘Waarom word ik niet aangesteld tot rechter van dit land? Ik zou iedereen in het gelijk stellen die een geschil of een rechtsvordering aan me kwam voorleggen.’ Wanneer zo iemand dan voor Absalom wilde neerknielen, breidde Absalom zijn armen uit en omhelsde hem. Zo trad hij iedereen uit Israël tegemoet die een uitspraak kwam vragen bij de koning, en op die manier palmde hij het volk van Israël in.

Toen er vier jaar verstreken waren zei Absalom tegen de koning:

‘Ik vraag u toestemming om naar Hebron te gaan en de gelofte in te lossen die ik de HEER heb gedaan. Ik heb tijdens mijn verblijf te Gesur in Aram namelijk aan de HEER beloofd dat ik Hem eer zou bewijzen wanneer Hij ervoor zorgde dat ik in Jeruzalem terugkeerde.’ De koning antwoordde:

‘Ga gerust.’ Absalom ging op weg naar Hebron. Eerst stuurde hij echter handlangers naar alle stamgebieden van Israël met de boodschap:

‘Zodra het geluid van de ramshoorn klinkt, moeten jullie dit bekendmaken:

“Absalom is in Hebron tot koning uitgeroepen!”’ Tweehonderd genodigden uit Jeruzalem vergezelden Absalom op weg naar Hebron. Ze gingen nietsvermoedend en volkomen te goeder trouw met hem mee. Ook Achitofel, de raadsheer van David, liet hij voor het offermaal overkomen uit diens woonplaats Gilo. Steeds meer mensen sloten zich bij Absalom aan. Zo ontstond een wijdvertakte samenzwering.

Loading

Lees ook deze Berichten:

2 Samuel 7:17-29 Toezeggingen over de voortzetting...
2 Samuel 2:1-11 David gezalfd tot koning van Juda
2 Samuel 18:9-18 De dood van Absalom 3
2 Samuel 19:42-44 Afgunst tussen Juda en Israël 1
2 Samuel 20:12-22 Afgunst tussen Juda en Israël 3
2 Samuel 11:1-13 David en Batseba 1
2 Samuel 22:16-33 Het overwinningslied van David 2
2 Samuel 18:31-32-19:1-9 David rouwt over Absalom ...
2 Samuel 19:10-21 David keert terug naar Jeruzalem...
2 Samuel 12:13-25 David en Batseba 4
2 Samuel 9:1-13 David en de zoon van Jonatan
2 Samuel 22:34-51 Het overwinningslied van David 3
2 Samuel 6:1-11 De ark van God overgebracht naar J...
2 Samuel 19:32-41 David keert terug naar Jeruzalem...
2 Samuel 10:1-12 Oorlog tegen de Ammonieten 1
2 Samuel 21:1-4 Het lot van de nakomelingen van Sa...
2 Samuel 7:1-16 Toezeggingen over de voortzetting ...
2 Samuel 13:38-39-14:1-11 Absaloms terugkeer 1
2 Samuel 3:1-13 Abner onderhandelt met David en wo...
2 Samuel 19:22-31 David keert terug naar Jeruzalem...
2 Samuel 4:5-12 Isboset vermoord 2
2 Samuel 2:12-24 De slag bij Gibeon 1
2 Samuel 6:12-23 De ark van God overgebracht naar ...
2 Samuel 12:1-12 David en Batseba 3
2 Samuel 23:18-39 Davids helden 2
2 Samuel 3:28-39 Abner onderhandelt met David en w...
2 Samuel 16:5-14 David vlucht uit Jeruzalem 4
2 Samuel 23:1-7 Davids laatste woorden
2 Samuel 3:14-27 Abner onderhandelt met David en w...
2 Samuel 21:15-22 Heldendaden tegen het reuzengesl...
2 Samuel 17:1-14 Krijgsraad bij Absalom 2
2 Samuel 20:23-26 Davids ambtenaren
2 Samuel 22:1-15 Het overwinningslied van David 1
2 Samuel 8:1-14 Davids overwinningen
2 Samuel 16:15-23 Krijgsraad bij Absalom 1
2 Samuel 10:13-19 Oorlog tegen de Ammonieten 2
2 Samuel 5:17-25 Twee aanvallen van de Filistijnen...
2 Samuel 8:15-18 Davids ambtenaren
2 Samuel 5:1-5 David tot koning van Israël gezalfd
2 Samuel 13:13-22 Amnon en Tamar 2
2 Samuel 21:5-14 Het lot van de nakomelingen van S...
2 Samuel 1:17-27 David rouwt over Saul en Jonatan ...
2 Samuel 12:26-31 Einde van de oorlog tegen de Amm...
2 Samuel 20:1-11 Afgunst tussen Juda en Israël 2
2 Samuel 17:24-29 De dood van Absalom 1
2 Samuel 24:15-25 De volkstelling 2
2 Samuel 2:25-32 De slag bij Gibeon 2
2 Samuel 1:1-16 David rouwt over Saul en Jonatan 1
2 Samuel 13:1-12 Amnon en Tamar 1
2 Samuel 4:1-4 Isboset vermoord 1
2 Samuel 23:8-17 Davids helden 1
2 Samuel 24:1-14 De volkstelling 1
2 Samuel 18:1-8 De dood van Absalom 2
2 Samuel 13:30-37 Absaloms wraak 2
2 Samuel 17:15-23 David gewaarschuwd
2 Samuel 16:1-4 David vlucht uit Jeruzalem 3
2 Samuel 5:6-16 De inname van Jeruzalem
2 Samuel 18:19-30 David rouwt over Absalom 1
2 Samuel 13:23-29 Absaloms wraak 1
2 Samuel 15:25-37 David vlucht uit Jeruzalem 2
2 Samuel 11:14-27 David en Batseba 2
2 Samuel 14:12-24 Absaloms terugkeer 2
2 Samuel 14:25-33 Absaloms terugkeer 3
2 Samuel 15:13-24 David vlucht uit Jeruzalem 1
0Shares